De meeste mensen wíllen anderen in het dagelijks leven wel direct aanspreken en corrigeren op overschrijdend gedrag. Maar: als we in de gelegenheid zijn om er iets van te zeggen, doen we dat maar in ongeveer de helft van de gevallen.
Dat blijkt uit onderzoek van Catherine Molho en haar collega’s aan de Vrije Universiteit, waarbij ruim 250 mensen dagelijks werden ondervraagd over dit soort situaties.
Waarom grijpen mensen zo weinig in?
Molho: ‘Omdat we dat als een groot risico ervaren. Vooral als de ander machtiger is – fysiek sterker of bijvoorbeeld je leidinggevende – gaan we een confrontatie uit de weg. We maken onbewust een afweging of de kosten wel opwegen tegen de baten.
Zo grijpen we ook minder in als we niet zelf slachtoffer zijn en als we de dader niet (goed) kennen. Als je partner een racistische uitspraak doet, zul je hem eerder corrigeren, omdat je er last van hebt als hij het vaker doet én zijn reactie beter kunt inschatten dan bij een onbekende. Emoties spelen trouwens ook een rol: mensen grijpen eerder in als ze boos zijn.’
Wat doen we wél als iemand over de schreef gaat?
‘Dan straffen we diegene op indirecte manieren, vooral door te roddelen en – in mindere mate – diegene te vermijden. Roddelen, bijvoorbeeld op het werk, is efficiënter om gedrag te corrigeren dan het lijkt: op die manier kun je steun zoeken bij anderen die ook slechte ervaringen met die persoon hebben, en er samen tegen optreden.
Dat verklaart ook waarom mensen soms anoniem social media gebruiken om (vermeende) normovertredingen aan de kaak te stellen – hoewel dat ook kan ontaarden in online pesten en shamen.’
Hebben campagnes als ‘Kom op Amsterdam’, om mensen aan te sporen geen zwijgende omstander te zijn, dan wel zin?
‘Het helpt alleen als je mensen laat zien dat ze, afhankelijk van de situatie, op verschillende manieren kunnen reageren. Bij een serieus vergrijp kun je het best de politie bellen. Als bijvoorbeeld iemand op straat wordt uitgescholden, werkt het goed om omstanders te verzamelen: als groep sta je sterker en is de kans groter dat iemand ingrijpt.’