Hoe vaker je dit doet, hoe beter: uit onderzoek waarin proefpersonen drie weken lang elke week een brief verstuurden, blijkt dat het geluk zich opstapelde naarmate meer brieven de deur uit waren. De volledige briefschrijfoefening van psycholoog Martin Seligman gaat zó:

  • Kies een belangrijk persoon die een groot positief verschil in je leven heeft gemaakt en die je nooit eens goed hebt bedankt. Schrijf een lofrede van ongeveer een pagina. Neem echt even de tijd om je dankbaarheid goed te formuleren en verstuur de brief of kaart.
  • Het effect van je brief of kaart is nog groter als je die persoonlijk gaat brengen en voorleest. Maak in dat geval een afspraak, maar vertel niet van tevoren wat het doel van je bezoek is. Neem een geplastificeerd exemplaar van je brief mee als cadeau.
  • Als je rustig zit, lees je de brief langzaam en met gevoel voor terwijl je oogcontact houdt. Geef de ander ruim de tijd om te reageren. Haal herinneringen op aan de gebeurtenissen waardoor deze persoon zo belangrijk voor je is geworden.
Bron: M. Seligman, Gelukkig zijn kun je leren, Het Spectrum, 2002

Brieven van drie Psychologie Magazine-medewerkers

Een dankbaarheidsbrief aan een goede vriendin

Lieve Deborah,

We zijn nu 27 jaar vriendinnen. En ja, ik geef je weleens een compliment. Je weet dat ik om je geef, maar misschien nog niet hoeveel. En hoe dankbaar ik je ben voor onze vriendschap.

Dankbaar omdat je het altijd voor me opneemt. Niet alleen bij gedoe met anderen, maar vooral ook als ik mezelf dingen verwijt. Laatst nog. Een collega haalde een oude koe uit de sloot. Ik was te direct tegen haar geweest. Te negatief.

Dat raakte me en ik vroeg me af of ik wel een goede collega was. Jij draaide het om en zei: ‘Je bent inderdaad altijd eerlijk. Dat vind ik een goede eigenschap van je, want daardoor weet ik wat ik aan je heb. En je had toch al sorry gezegd!?’ Ik voelde me meteen stukken lichter.

Lichtheid is wat jou typeert. Als het leven je te grazen neemt, vecht je terug, zonder het zwaar te maken. Je lijf doet vaak niet wat je wilt, maar je plooit je dagen daar omheen. Te lang achter elkaar schilderen te zwaar? Dan ga je anderen les geven. Niet in staat om te zeilen op zee? Dan maar een weekendje kamperen op de boot, in de haven.

Ik heb het je vaak zien doen en kan het daardoor zelf ook steeds beter. Mijn lijf werkt, zoals je weet, ook lang niet altijd mee. Van jou leerde ik om mezelf dan geen slachtoffer te voelen, maar gewoon andere keuzes te maken. Loop ik toch vast, dan ga je samen met me op zoek naar mogelijkheden. Mede dankzij jou weet ik waar ik het geluk kan vinden.

Het feit dat je altijd echt luistert, me aan het lachen maakt, oprecht blij bent als ik succes heb; ik kan nog wel honderd redenen verzinnen waarom je mijn leven lichter maakt. Maar ik sluit af met een wens: blijf.

Catelijne Elzes ging bij haar vriendin op bezoek om haar de brief zelf voor te lezen.

‘Het was een bijzondere ervaring. We voelden ons allebei een beetje ongemakkelijk omdat het toch iets formeels heeft, zo’n brief. Ik kreeg een brok in mijn keel toen ik wilde beginnen en zag dat Deborah ook vochtige ogen had.

Tijdens het lezen was ik rustig, daarna hebben we elkaar langdurig geknuffeld. Ze vond het erg fijn wat ik geschreven had. En zei dat het precies op het goede moment kwam. Ze vroeg zich juist af of ze nog wel zo “plooibaar” was.

Zelf merkte ik dat het verwoorden van mijn dankbaarheid iets veranderde in hoe ik naar haar kijk. Doordat ik de schijnwerper richtte op al het goede in onze vriendschap, zag ik dat deel ineens veel beter. Kleine ergernissen verdwenen naar de achtergrond. Ik voel me nu nóg sterker met haar verbonden.’

Een dankbaarheidsbrief aan je ouders

Lieve mama, lieve papa,

Onvoorstelbaar hè, dat dit ongeleide projectiel van een dochter jullie ooit nog eens een brief zou schrijven uit dankbaarheid… Dat hadden jullie waarschijnlijk niet verwacht.

Onze geschiedenis ging lange tijd niet over rozen en we hebben ieder onze eigen kneuzingen opgelopen. Een wond is zo geslagen, de heling duurt vaak veel langer. Naar hoe diep jullie wonden waren, kan ik slechts gissen. En ik kan alleen maar hopen dat de tijd ze heeft geheeld.

Ruzie met je ouders, welke puber heeft dat nou niet? Hoe oud was ik toen het tussen ons de verkeerde kant op ging, veertien? Vijftien? Bizar hoe je elkaar in een paar jaar tijd volledig kunt kwijtraken.

We botsten flink. Jullie zagen mij waarschijnlijk vooral als een opstandig kind, zo anders ook dan jullie andere dochter. Ik voelde me niet gezien en beknot.

Op je zeventiende het huis uit gaan, net voor het eindexamenjaar gymnasium – niet iets om blij over te zijn, al voelde het waarschijnlijk voor ons allemaal als een opluchting. Hadden jullie er vertrouwen in dat het goed zou gaan?

Misschien wel niet. Toch namen jullie het wijze en moedige besluit om me op dat moment los te laten, vermoedelijk een van de moeilijkste beslissingen die je als ouders kunt nemen.

Daar ben ik jullie nu nog dankbaar voor. Want het gaf me de ruimte om te ademen en de liefde die er wel degelijk was, kreeg weer zuurstof.

Ook later stonden jullie altijd voor me klaar, zelfs als jullie mijn keuzes niet begrepen. Over bepaalde dingen zullen we waarschijnlijk nooit hetzelfde denken, maar dat hoeft ook niet.

Ik heb het gevoel dat jullie me zijn gaan respecteren en waarderen om wie ik ben (en ik jullie), ondanks onze verschillen. Verbondenheid vanuit een diepere laag – meer kan een mens zich eigenlijk niet wensen.

Een dikke knuffel,
Vivian

Vivian de Gier las de brief aan haar ouders voor.

‘Applaus!” riep mijn vader toen ik klaar was. Hij maakte er een grapje van, maar wilde hem toch nog eens lezen. Mijn moeder was er stil van. “Dit raakt me,” zei ze. “Het heeft toen heel wat traantjes gekost.”

Ik haalde opgelucht adem, want een beetje gespannen was ik wel. Het feit dat ze zichtbaar blij waren met de brief deed me goed. We praatten weer over de gebeurtenissen van toen.

“We hadden veel respect voor je, dat je dat jaar goed bent doorgekomen en je eindexamen hebt gehaald,” zei mijn moeder – en dat vond ík dan weer fijn om te horen.

Ik ben blij dat ik mijn dankbaarheid hardop heb uitgesproken. Want áls er nog iets dwars zat, verwijt of verdriet, dan kan dat nu waarschijnlijk oplossen.’

Een dankbaarheidsbrief aan je ex-man 

Man van vroeger,

Herinner je je onze woonboot nog? Eigenlijk was het meer een kartonnen bak met een dakje erop. Er was geen verwarming, behalve een oliekachel. Het maakte niet uit of de ramen open of dicht stonden, de wind blies er van alle kanten doorheen. We droegen zeven truien over elkaar die je oma voor ons breide in grappige jarentachtigkleuren. Het leven was ijskoud, maar goed.

Inmiddels wonen we in een huis met vijf verdiepingen in wat makelaars ‘de mooiste straat van de stad’ noemen. We hebben het aan alle kanten dichtgemaakt zodat de wind nergens doorheen kan. Het leven is heerlijk warm. We zijn inmiddels gescheiden, dat wel. Twee voordeuren onder één dak.

Soms zou ik willen dat ik terug kon naar die half zinkende boot. Ik zou ons door elkaar schudden en roepen: pas op! Blijf van elkaar houden. Blijf elkaar vasthouden.

Maakt het uit? Ik denk het niet. We hebben het verkeerd gedaan. Onze liefde voor onze ogen laten verdampen. Gelukkig hebben we nog twee kinderen als levend bewijs van hoeveel we van elkaar gehouden hebben. En natuurlijk ben ik je oneindig dankbaar voor die kinderen, maar net zo dankbaar ben ik je voor al die jaren dat we samen waren.

We zijn nu vijftig en statistisch gezien hebben we elk nog dertig jaar te gaan. Jij misschien iets minder omdat je rookt. En van die zestig jaar volwassen leven zijn we dan toch maar mooi de helft samen geweest. We hebben huizen verbouwd, feesten gegeven en heel veel gelachen.

Ik was nooit geworden wie ik nu ben als ik jou niet had gehad. Zelfs het feit dat we uit elkaar gingen heeft me uiteindelijk veel moois gebracht. Een nieuwe liefde en het inzicht dat ik kan overleven, ook met een gebroken hart. Maar het meest dankbaar ben ik je voor de liefde die we hadden. Dankjewel voor hoe het was.

Vrouw van nu

Manon Sikkel twijfelde: langsbrengen of een mailtje sturen?

‘Natuurlijk, het effect was vast het grootst geweest als ik de brief zelf had voorgelezen. Bibberend stond ik met dat printje in mijn handen. Je dankbaarheid uiten betekent ook: je kwetsbaar opstellen. En laat dat nou net iets zijn waar ik niet zo goed in ben.

Ik zag mezelf al staan, huilend tegenover de man die mij verlaten had, of ik hem. Laf als ik ben, mailde ik mijn brief. Alle ruzies die we hadden sinds we vier jaar geleden uit elkaar gingen, de misverstanden, het wennen aan uit elkaar zijn: het leek ineens allemaal zo onbelangrijk. Gewoon zeggen dat ik hem dankbaar ben, ondanks het verdriet.

Hij schreef een half uur later al terug en ook daar ben ik hem dankbaar voor: ‘Wow wat mooi. En wat ben ik blij dat je het niet hebt voorgelezen. Maar ik ga er ook een “voorlezen”. Nu even niet want ik moet rennen… die kinderen waar je over schrijft moeten gevoed worden en zo… maar heel snel.’

Ik weet zeker dat deze brief heeft bijgedragen aan dat hele langzame proces van steeds milder worden voor elkaar wanneer je elkaar verdriet hebt gedaan.’