Wind iedereen om je vinger: de cursus zakelijk flirten

Bij flirten denk ik aan kaarslicht, zwoele blikken en rode lippenstift. Een wat eenzijdig beeld, beweert flirtcoach Mirjam Wiersma. Flirten leidt namelijk niet alleen tot privé-succesjes, ook op de werkvloer kan het je leven verrijken. Zakelijk en privé flirten zijn zusjes van elkaar, alleen is de een iets uitdagender dan de ander.

Wiersma is van huis uit jurist, maar geeft sinds een jaar fulltime flirttrainingen. In het café waar we hebben afgesproken, kies ik een strategisch plekje bij het raam. Vanachter mijn boek hou ik de boel in de gaten. Dan komt ze binnen: stralende glimlach, knalroze jasje, elegante rok en parmantige schoentjes. Bij de kennismaking krijg ik meteen een compliment. ‘Ik vind dat je een open uitstraling hebt!’ Dat geeft de burger moed.

We gaan direct aan de slag. Wiersma ‘poedert haar neus’, terwijl ik een fictief zakelijk gesprek voorbereid. Ik moet de coach verleiden tot samenwerking met mijn bedrijf. Na afloop van het gesprek vraagt ze wat me is opgevallen aan haar lichaamstaal. Ik heb geen idee. Wiersma lacht. ‘Grappig dat de meeste mensen niet bewust bezig zijn met lichamelijke signalen. Uit onderzoek blijkt namelijk dat bij een eerste ontmoeting slechts zeven procent van de informatieoverdracht plaatsvindt via woorden.’

Toverwoord bij succesvol flirten is volgens Wiersma ‘ontleding’. Bekijk hoe je gesprekspartner erbij zit. Heeft hij zijn voeten van je weggedraaid en houdt hij zijn tas vast? Helaas. Je partner voelt zich niet op zijn gemak. Draait hij zich daarentegen naar je toe en kijkt hij naar je mond, dan ben je goed bezig. Als je weet hoe de ander zich voelt, kun je daar handig op inspelen. Maak bijvoorbeeld een grapje als de ander afstandelijk is.

Indien je gesprekspartner wel gewillig blijkt, kun je een stapje verder gaan. Streel bijvoorbeeld over je sleutelbeen of geef een compliment. Hou hierbij wel in de gaten dat je iemand verovert op zakelijk gebied en niet voor privé-doeleinden. Zeg dus niet: ‘Wat heb je mooie lange benen’. Hou het neutraal en complimenteer bijvoorbeeld met het prachtige kalfsleren koffertje of fraaie colbert.

Ontleden en aanpassen. Het klinkt leuk, vooral in theorie. Maar zo makkelijk kom ik er niet vanaf. Nu moet ik namelijk op straat onbekenden aanspreken en ze een complimentje maken. Met tegenzin schiet ik een jongen aan. ‘Hoi! Ik doe een onderzoekje en wil graag weten waar jij zoal mee bezig bent.’ Hij vindt het gek genoeg normaal dat ik hem aanspreek en we babbelen wat over zijn studie en zijn hobby’s: tennis en hockey. ‘Goh, sportief type ben jij!’ Ik voel mijn wangen rood worden.

Snel rond ik het gesprek af en zoek ik Wiersma. Ze heeft me via een winkelruit in de gaten gehouden. ‘En?’, vraagt ze. ‘Wat zei zijn lichaamshouding?’ Lichaamshouding? Ik heb geen idee! Ik was veel te druk met het verzinnen van een compliment. Alhoewel ik me voorneem om bij volgende gesprekjes wél te letten op lichamelijke signalen, laat ik me telkens leiden door de inhoud van het gesprek. Toch boek ik volgens Wiersma vooruitgang. ‘Ik zie dat je steeds meer teweegbrengt bij de ander.’ Het is natuurlijk haar beroep, maar toch voel ik me gevleid door Wiersma’s complimenten.

Wat ik aan deze straatwijsheid heb in een zakelijk gesprek? Flirten is volgens Wiersma de sleutel tot succes, zowel zakelijk als privé. Door de lichaamstaal van de ander in de gaten te houden en zelf de juiste signalen uit te zenden, kun je iedereen – van potentiële partner tot baas – om je vinger winden. ‘Een goede eerste indruk is hierbij essentieel’, vertelt ze. ‘Want daardoor worden latere opmerkingen en gedragingen die voor meerdere uitleg vatbaar zijn (en welke zijn dat niet) sneller positief uitgelegd. En dat is natuurlijk voordelig als je in bespreking bent’.

In de trein naar huis realiseer ik me dat ik mijn kortingskaart ben vergeten. Shit! Nu maar hopen dat de conducteur niet komt. Natuurlijk komt hij wél. Met een lief lachje zeg ik dat ik gecharmeerd ben van zijn snor. ‘En o ja’, biecht ik op, ‘ik ben mijn kortingskaart vergeten’. Hij knikt begrijpend. ‘Geeft niets meissie.’ Gniffelend zak ik achterover: misschien werkt het echt…[/wpgpremiumcontent]