Toen Joe Moore, een gemeenteraadslid in Chicago, onlangs zelf op straat getuige was van een moord had dat enorme invloed. Hij wist wel dat er jaarlijks meer dan tweeduizend mensen in zijn stad beschoten worden, maar hij verhevigde zijn strijd tegen vuurwapengeweld nadat hij het zelf had gezien. Dat maakte kennelijk meer indruk dan alle rapporten die hij had gelezen.
Empathie loopt via lichamelijke herkenning. Wanneer we alleen maar lezen over een verre aardbeving zijn we lang niet zo onder de indruk als wanneer we er beelden van zien. De empathie van dieren verloopt geheel via gezichtsuitdrukkingen, houdingen en geluiden, en hetzelfde geldt voor jonge kinderen. Volwassenen hebben meer voorstellingsvermogen, maar ook wij zijn het meest onder de indruk van gebeurtenissen die we óf met eigen ogen óf via filmbeelden hebben gezien.
Omgekeerd heffen we deze lichamelijke connectie soms bewust op om empathie te vermijden. Zo willen veel mensen niet weten onder welke omstandigheden landbouwdieren moeten leven. Behalve in vakbladen maken producenten dit soort informatie niet graag openbaar. En de plaatjes bij de vleesafdeling in de supermarkt tonen altijd blije dieren.
Dit soort struisvogelpolitiek treft ook proefdieren. Er zijn zelfs onderzoekers die nauwelijks weten hoe hun ratten of apen gehouden