Het lijkt simpel: het ene moment staren we nog wat naar het plafond, het andere moment zijn we in slaap. Maar voor ons brein is de overgang van wakker zijn naar slapen een enorm ingewikkeld proces. Op de overgangen tussen slapen en waken én op de overgangen tussen verschillende slaapfasen kan soms iets misgaan. Dan blijft je lichaam slapen terwijl je geest al wakker is, of is je lichaam druk bezig met allerlei handelingen terwijl je geest nog mijlenver weg is.
Minder moe, meer energie
- Inspirerende sessies voor meer inzicht in je vermoeidheid
- Tools om je energie weer op te bouwen
- Met gezondheidszorgpsycholoog Annemarieke Fleming
55,-
‘De laatste jaren weten we meer over deze overgangen,’ zegt Sebastiaan Overeem, arts en onderzoeker bij slaapkliniek Kempenhaeghe. ‘Je hebt gebieden in de hersenen die bevorderen dat je wakker bent, en gebieden die bevorderen dat je slaapt. Samen vormen die een soort schakelaar. Normaal verloopt zo’n overgang razendsnel, zonder dat je je ervan bewust bent: je bent óf wakker, óf je slaapt. Maar soms hapert er iets: dan staat het ene gebied al op de “wakkerstand”, terwijl het andere gebied nog in de “slaapstand” zit.’
Vreemde fenomenen
Op ‘slaap-waak overgangen’ kunnen zo vreemde fenomenen optreden. Overeem: ‘Sommige zijn vrij alledaags, zoals de schokjes die je lichaam maakt tijdens het in slaap vallen, wanneer het zich ontspant – hoewel sommige mensen zulke grote schokken maken dat ze niet in slaap komen. Of het gevoel dat je zweeft: als je in slaap valt, gaat je gevoel “uit”, waardoor je je bed niet meer voelt. Je hersenen vullen dat in als een gevoel van zweven.’