Er valt steeds meer te kiezen – en dus moeten we steeds vaker beslissingen nemen. Dat begint al bij iets simpels als het kopen van een pot pindakaas. In de supermarkt kan ik kiezen tussen allerlei varianten: smeuïge, met stukjes, extra crunchy, light, biologische, huismerk of A-merk. Hoe goed de supermarkt het ook bedoelt, overspoeld door al die opties wil ik eigenlijk helemaal geen pindakaas meer op mijn brood.
Wat te doen bij keuzestress?
Net als veel leeftijdgenoten wil journalist Carlijn Bult (32) graag álles uit het leven halen, maar...
Lees verderEn laatst bezocht ik een voorlichtingsavond over master-opleidingen die ik zou kunnen gaan volgen. Tijdens het introductiepraatje viel mijn mond open. De afdelingsleider vertelde trots dat ze dit jaar een record hadden gebroken: maar liefst zestien verschillende masters binnen de psychologie. Zestien masters… Hoe kon ik daaruit de juiste keuze maken?
Dit is wat psycholoog Barry Schwartz ‘de paradox van keuzes’ noemt. In zijn gelijknamige boek schrijft hij dat meer keuzes weliswaar meer mogelijkheden betekent, maar ook meer twijfel over je keuzes. Al die opties, dat werkt verlammend. Je wordt bij voorbaat bang voor spijt. Dat herken ik: ik ben nu al bang dat ik me aanmeld voor de ene master, maar een andere toch net wat interessanter blijkt te zijn.
Spijt is: dat je denkt dat je het had kunnen voorkomen als je maar een andere keuze had gemaakt. Maar met al die keuzemogelijkheden is het bijna onmogelijk om géén spijt te krijgen. Er zijn nou eenmaal nog vijftien andere masters, maar ook honderden andere mogelijke liefdespartners en tien leukere bijbaantjes. Daarom lijk ik achteraf altijd de verkeerde keuze te hebben gemaakt.
Volgens Schwartz kun je een aantal dingen doen om beter te leren kiezen. Leg jezelf bij een overvloed aan keuzes beperkingen op, zegt hij. Ga bijvoorbeeld niet naar zes mastervoorlichtingen, zoals ik heb gedaan, maar bezoek er maar twee. Laat je bij keuzes ook leiden door de vraag wat je belangrijk vindt in het leven, dat helpt om richting te geven. Ik kan me bijvoorbeeld afvragen of ik liever een baan wil die ik geweldig leuk vind of een baan waarmee ik veel geld verdien. Tot slot moet ik me realiseren dat niet elke keuze perfect hoeft te zijn. Ik kan proberen ook gewoon tevreden te zijn met ‘goed genoeg’. En dat laatste is waarschijnlijk mijn grootste uitdaging.
Lees ook Senna’s andere blogs over waarom steeds minder twintigers een relatie hebben en waarom ‘likes’ zo verslavend werken.