Inzicht 1: Je neemt altijd je afkomst mee
Katinka Polderman: ‘Nadat ik in 2005 het Leids Cabaretfestival had gewonnen, werd ik soms wel drie of vier keer per week gebeld door De wereld draait door of ik een liedje wilde komen zingen.
Bevrijd jezelf van oude pijn
- Ontdek hoe oude ervaringen nu nog meespelen in je keuzes en gedrag
- Verwerk je mentale pijn met bewezen effectieve technieken
- Ervaar meer innerlijke rust, zelfvertrouwen en vrijheid
69,-
Ik zei altijd nee, want optreden in een televisieprogramma vond ik te eng. Voor mijn gevoel hoorde ik niet thuis in die wereld. Dat was onzekerheid, maar ik heb ook een ingebakken bescheidenheid die voortkomt uit de omgeving waarin ik ben opgegroeid.
In ’s-Heer Abtskerke, een klein dorpje in Zeeland, stelden mensen zich niet zo snel op de voorgrond. Ik had geen rolmodellen. Dat was anders geweest als ik was opgegroeid in de grote stad.Dingen maken is mijn kern; vanaf het moment dat ik kon schrijven, schreef ik verhaaltjes en creëerde ik eigen werelden.
Tekenen en knutselen deed ik ook veel. Op mijn basisschool zaten maar achttien kinderen en met mijn leeftijdgenoten had ik weinig aansluiting. Wat ik deed, was altijd anders dan de andere kinderen.
Bij een knutselproject moesten we bijvoorbeeld een vrachtwagen maken. Ik bouwde een 3D-vrachtwagen die handwerkmaterialen vervoerde. De klep kon open en dan zag je kistjes met lapjes stof en kleine bolletjes echte wol.
De andere kinderen hadden gewoon een vrachtwagen getekend of geverfd.Op de middelbare school deed ik mee aan open podia, met mijn elektrische gitaar schreef ik grappige liedjes over de leraren. Door mijn paarse haar en zilveren broeken wist de hele school wie ik was, maar dat was eigenlijk per ongeluk – ik deed kleren aan die ik mooi vond, niet om aandacht te trekken.
Om cabaretier te worden, ging ik naar de Koningstheateracademie in Den Bosch, waar ik daarna bleef hangen. Wat moest ík nou in een stad als Amsterdam? Ik begreep niet zo goed hoe het allemaal werkte. Terwijl ik nu weet: daar gebéúrt het. Daar sluit je vriendschappen met mensen die van kunst hun beroep hebben gemaakt en die meetellen in het vak.
Misschien heeft het met de leeftijd te maken, of met een veranderde hormoonhuishouding, dat ik me nu pas, op mijn 43e, realiseer hoezeer mijn achtergrond een stempel op me heeft gedrukt. Ik dacht altijd: ik ga gewoon heel goed spelen, dan komen de mensen vanzelf.
Maar dat is natuurlijk niet zo, want dan word je alleen gezien door mensen die toch al in de zaal zitten. Ik ben te bescheiden geweest en daarmee heb ik mezelf afgeremd. Had ik elke week in De wereld draait door gezeten, dan had ik nu in grote zalen gestaan.
Want ik kan echt wel wat. Ik heb hard gewerkt om te komen waar ik nu ben, maar voor mijn gevoel had er meer in gezeten als ik meer vooruit had gekeken. In plaats van er 100 procent voor te gaan, gaf ik vaak 85 procent. Vol gas leven, maar wel met de handrem erop.Maar begrijp me goed, ik heb niets te klagen.
Voordat ik kinderen kreeg, speelde ik een voorstelling 160 keer, drie avonden per week, en kon ik daarnaast een wild leven leiden en nachtenlang in de kroeg zitten. Ook nu kan ik precies doen wat ik leuk vind en waar ik voldoening uit haal. Ik had mijn carrière bewuster kunnen organiseren, maar ik heb veel lol gehad, en dat is ook wat waard.’
Inzicht 2: Tuinieren is beter dan drinken
‘Ik heb een heerlijke puberteit gehad. Mijn ouders lieten me best vrij en het was nog een volkomen andere tijd. Op vrijdagmiddag gingen we na schooltijd naar de kroeg om bier te drinken. Veertien waren we. En op zaterdagavond weer.
Sinds mijn veertiende heb ik best veel gedronken en gerookt. Dat besefte ik pas toen ik zwanger was van de eerste en daar resoluut mee stopte. Niet dat ik me steeds een stuk in de kraag zoop of een problematische drinker was, maar drank haalt de scherpe randjes van dingen af.
Ik vind het moeilijk om te ontspannen; mijn hoofd gaat maar door en door, er razen voortdurend allerlei gedachten, ideeën en plannetjes door mijn kop. Na twee biertjes werd het een stuk rustiger. Daar moest ik dus iets anders voor vinden.
Sinds een tijdje heb ik een volkstuin, en dat heeft op mij hetzelfde effect. Als ik kom om alleen maar even frambozen te plukken, zit ik voor ik het weet een uur op mijn knieën te schoffelen. O, en nog gauw dat plantje opbinden en die daar verplanten.
Heel tuttig, maar het werkt. Ik ben iemand die veel terugdenkt aan het verleden. Moestuinieren brengt me in het hier en nu én laat me meer vooruitkijken. Want je moet nu iets planten om er over een halfjaar van te kunnen eten. En bij fruitbomen misschien pas over vijf jaar.
Voor mij is dit een vorm van mindfulness, en dan ook nog met resultaat. Je kunt gaan mediteren, maar dat is minder tastbaar dan een emmertje frambozen. Al staat het onkruid nog zo hoog, ik ben nog nooit boos of gefrustreerd geweest. Zelfs niet toen de koolplantjes die ik had geplant in één nacht tijd waren opgevreten door de slakken.
Ga voor groei
Kies voor Psychologie Magazine en ontvang elke maand verrassende inzichten over gedrag, liefde, werk en mentale gezondheid. Ook ontvang je 15% korting op alle online trainingen in onze Psychologie Academy.
Word nu lidGisteren heb ik een pesto gemaakt van mijn Oost-Indische kers, en de knopjes ga ik inmaken als kappertjes. Dat had ik nooit achter mezelf gezocht. Het tuinieren kost tijd die ik eigenlijk niet heb, maar aan de andere kant: anders zit ik waarschijnlijk een uur per dag op mijn telefoon.’
Inzicht 3: De vorm verandert, de kern blijft hetzelfde
Katinka Polderman: ‘Het maken van zogeheten beslisbomen, wat mijn kostwinning is op dit moment, is bij toeval ontstaan. In coronatijd kwam op wat toen nog Twitter heette steeds een reclamefilmpje voor bitcoins voorbij met de succesvolle horecaondernemer Won Yip erin.
Toen ik een beetje zat te droedelen, ontstond een beslisboom, zo’n schema dat begint met een vraag en via allerlei keuzes leidt tot een mogelijk antwoord: “Is het Won Yip?” Ik zette ’m op Twitter en die werd enorm veel gedeeld. Ook de tweede: “Gaat Soldaat van Oranje de Musical nog door?” werd een groot succes.
En toen mocht ik ze gaan maken voor de Volkskrant. Tien keer, maar inmiddels zijn we vier jaar verder. Ik maak ook beslisbomen voor Linda. en Onze taal, en voor bedrijven, en ik geef er een masterclass over.
Met jonge kinderen zie ik mezelf voorlopig niet het podium op gaan en driemaal per week midden in de nacht thuiskomen. Er zijn nog zoveel andere leuke dingen om te maken. Daarom ben ik in coronatijd de boer opgegaan met de boekideeën waarmee ik al lang rondliep.
De beslisbomenbundel Beslisbos was de eerste, binnenkort verschijnt Het meisje, de walvis, de schildpad en de axolotl, een pastiche op de bestseller De jongen, de mol, de vos en het paard van Charlie Mackesey. Hierna begin ik aan een roman.
Hoewel ik het spelen soms wel mis, is het leuk om iets te maken wat blijft bestaan en voor een groter publiek toegankelijk is. Ik heb er ook veel lol in om elke week meerdere nieuwe dingen te maken in plaats van een voorstelling te reproduceren.
Steeds iets nieuws bedenken is pittig, maar zo blijf ik mezelf ook verrassen. En de kern is hetzelfde: mijn blik, waar altijd verbazing en welwillendheid naar de mensheid in zit. Mijn werk heeft zowel iets ruws als een bedrieglijke naïviteit, omdat die vorm me in staat stelt nare dingen te benoemen of lompe dingen te zeggen, zonder dat het prekerig wordt.
Dit vak dwingt me na te denken over mezelf en hoe ik in het leven sta. Daardoor heb ik, denk ik, net iets meer zelfkennis dan de meeste mensen. Maar bovenal kan ik elke dag lekker rondwandelen in mijn eigen hoofd.’
Inzicht 4: Moederschap is iets om trots op te zijn
‘Moeder worden was een keerpunt in mijn leven. Ik had geen enorme kinderwens, maar het leek me leuk en het hoort ook bij het leven, vond ik. Toen ik op mijn 32e mijn vriend Peter leerde kennen, woonde ik al jarenlang alleen, verdiende mijn eigen geld en leefde voor de lol en de kunsten.
Moeder worden zou me niet wezenlijk veranderen, dacht ik, maar ik heb de impact ervan totaal onderschat. Ik kan niet meer de vrijbuiter zijn die ik altijd was, want ik heb nu verantwoordelijkheden en mijn kinderen moeten van me op aan kunnen.
Ik ben toekomstgerichter geworden, leef gezonder, cijfer mezelf meer weg. En de kunsten – dat was vroeger 90 procent van mijn leven, nu met jonge kinderen denk ik 50 of 60 procent.
In mijn werk had ik het gevoel dat ik het moederschap moest wegstoppen. Alsof ik als moeder ineens niet meer cool zou zijn. De voorstelling die ik maakte toen ik net een kind had gekregen, had moeten gaan over het krijgen van een kind, vind ik nu.
Maar dat vermeed ik, want ik zag de recensies al voor me van alle mannelijke critici – nou weten we het wel met dat vrouwencabaret. Mannen mogen het wel over het ouderschap hebben, maar als het bij vrouwen over kinderen gaat, dan zijn dat ineens “vrouwendingetjes”.
Nu denk ik: superzonde! Het moederschap en die transformatie die dat teweegbrengt zijn zó groot, er was zoveel om het over te hebben. Fuck it, ik had dat gewoon moeten doen.’
Inzicht 5: Ieder doet het op zijn eigen manier
Katinka Polderman: ‘Door wat er allemaal moet gebeuren met een gezin en een huis raak ik snel overweldigd. Ik vind het moederschap leuk, maar kom er nu ook achter dat ik eigenlijk beter functioneer als kluizenaar in een huis volgestouwd met boeken, een smeulende peuk in de asbak en een licht katertje van de vorige dag.
Dat is meer mijn habitat dan een gezin met kinderen. Natuurlijk zit er zorgzaamheid in mij en stond ik vanochtend met plezier de broodtrommeltjes te vullen, met lekkere aardbeien en een lief briefje erbij. Maar in het grotemensenleven, het organiseren van het huishouden, ben ik niet zo sterk.
Pak aan wat je dwarszit
Minder stress, ander werk, meer zingeving of iets anders waarbij je wel een duwtje in de rug kunt gebruiken? Een coach helpt je om sneller je doelen te bereiken.
Vind je ideale coachPoetsen vind ik verspilling van mijn tijd en talent. Toen ik alleen woonde, dacht ik een slimme oplossing te hebben gevonden: ik goot allesreiniger over de vloer en liet dat opdrogen. Elke keer dat ik daarna water morste, haalde ik er even snel een doekje overheen – zo werd mijn keukenvloer automatisch schoon. Een dom idee, want het werd natuurlijk spekglad en plakkerig. Mijn vriendinnen lachten me keihard uit.
Peter is snel in handelen en beslissen. Als we het hebben over welk behang er op de muur moet komen, weet hij het binnen een kwartier. Bij mij moet dat sudderen en dat kan rustig drie dagen of langer duren. Dat kan dus flink botsen, omdat hij dan denkt dat ik er niet mee bezig ben en het er maar bij laat zitten. Dat geeft hem het gevoel dat alles op hem neerkomt.
Schoonmaken vindt hij belangrijker dan ik, dus daarin is hij me altijd voor. Ik ben achtelozer. We zitten nu eenmaal in een levensfase met veel rommel en rondslingerend speelgoed, daar stoor ik me niet zo aan. Als je een huishouden met vier mensen bloedserieus gaat nemen, wordt het een last.
Ik stel andere prioriteiten, zorg dat ik boodschappen doe om vanavond lekker te kunnen eten – de wc schrobben kan ook over drie dagen. Het leven is te leuk om met mooi weer de keuken te poetsen, dat doe ik wel als het regent. Dan maar een paar fruitvliegjes, hoor. Kinderen denken straks echt niet als ze twintig zijn: ik heb nooit wat gedaan met mijn ouders, maar wat wás het lekker schoon!
Oog hebben voor wat je ieder bijdraagt en de balans vinden tussen twee uitersten, dat is de kunst. Afgelopen weekend kregen we mijn familie op bezoek. Peter begint normaal al een week van tevoren met poetsen.
Dat vind ik onzin, want als er op vrijdagmiddag een boterham met hagelslag over de vloer gaat, kun je opnieuw beginnen. Ik doe dat dus liever op het laatste moment. Normaal gaf hij me die kans niet, maar nu liet hij het op zijn beloop. En inderdaad: ik had alles op tijd schoon en de boodschappen gedaan.’
Inzicht 6: Onvoorspelbaarheid geeft vrijheid
‘Je moet er zelf iets van maken, dat zou wel mijn levensmotto kunnen zijn. Je zorgen maken is meestal de helft van alle ellende. Met zeuren schiet je ook niets op. Dingen gebeuren toch, dus je kunt je er maar beter niet te druk over maken.
In onvoorspelbare situaties ben ik op mijn best, bijvoorbeeld als op het podium mijn microfoon uitvalt. Dan zijn er even geen regels, is er geen context of structuur, maar alleen hoe het op dat moment is.
Pasgeleden waren we op vakantie in Oost-Kapelle. Op de dag van vertrek wilde de auto niet meer starten. Zaten we daar met twee kinderen op de achterbank, de auto helemaal ingepakt, en het regende ook nog. Een ander zou daar misschien stress van krijgen, maar ik wreef vergenoegd in mijn handen: avontuur!
Het was vrijdag, het zou dat weekend mooi weer worden, dus ik hoopte stiekem dat de garage zou zeggen: sorry, maar we hebben pas dinsdag tijd. Lekker nog een weekend in Oost-Kapelle, zonder kleren, want de kofferbak ging ook niet meer open.
Mijn vriend wilde naar huis en schoot meteen in de actie, ik ging met de kinderen in een cafeetje zitten, met een lekker drankje, puzzeltjes en autootjes. Een perfecte taakverdeling en aanvulling op elkaar en daardoor was het een heerlijk rustige ochtend. Wat mij betreft een van de hoogtepunten van de vakantie.’
Inzicht 7: Iedereen rommelt maar wat aan
Katinka Polderman: ‘Van jezelf ken je de strijd, maar van anderen alleen het eindresultaat – je weet niet wat diegene daarvoor heeft moeten doen. Daardoor kan het lijken alsof een ander alles veel makkelijk afgaat dan jou, maar dat is natuurlijk niet zo. Iedereen doet maar wat, slaat een verkeerd pad in, loopt dood, probeert iets anders. Dat vind ik een troostrijke gedachte.
Bij alles wat ik maak, begin ik weer bij nul, tastend in het duister. Het wordt steeds lichter naarmate ik langer aanrommel, dan zie ik steeds beter wat het moet worden. Maar zelfs mijn eigen strijd vergeet ik soms. Dan hoor ik een van mijn oude nummers en denk ik: hé, wat een leuk liedje, toen kon ik het nog, nu kost het me allemaal veel meer moeite en ben ik er wel vijf dagen mee bezig.
Dat dat vroeger ook al zo was, ben ik dan vergeten.Het besef dat je elke keer weer datzelfde proces doormaakt, te weten dat iederéén datzelfde doormaakt, helpt om dat onbevangen en met vertrouwen aan te gaan. We rommelen allemaal maar wat, en daar komt vaak iets moois uit voort.’
Na de Cabaretacademie en de Koningstheateracademie brak Katinka Polderman (1 mei 1981) door als cabaratier toen ze in 2005 het Leids Cabaretfestival won. Ze maakte zes theatervoorstellingen. Ook schrijft ze liedjes en teksten voor tv- en radioprogramma’s, zoals Het klokhuis, en heeft een maandelijkse column in De grote vriendelijke podcast.
De afgelopen jaren maakte Polderman furore met haar beslisbomen in onder meer de Volkskrant. Ze publiceerde twee kinderboeken en de bundel Beslisbos. Voor haar boek Zwerfgoed, samen met Sophie Reinders, kreeg ze de Gerrit Komrij-prijs. Binnenkort verschijnt Het meisje, de walvis, de schildpad en de axolotl (Lebowski). Polderman woont met haar vriend en twee zoons van 8 en 4 in Den Bosch.