Soms herinner ik me dingen die ik liever was vergeten: telefoonnummers die niet meer in gebruik zijn, de route naar het huis aan de Joan Melchior Kemperstraat waar mijn vriendin Harriët al jaren niet meer woont, of die ene ruzie met een vriend, toen we onszelf niet van onze beste kant lieten zien.
‘De herinnering is als een hond die gaat liggen waar hij wil,’ omschreef Cees Nooteboom het ooit treffend in zijn beroemde roman Rituelen. De ene keer moet je er tot je schaamte achter komen dat je straal bent vergeten eieren te kopen – terwijl je die nota bene op je boodschappenlijstje had gezet en zelfs van plan was taart te bakken. De andere keer slaag je er juist maar niet in dingen te vergeten. Hoe kan dat toch? Waarom heeft Moeder Natuur ons brein niet uitgerust met een gebruiksvriendelijke vergeetknop die we naar believen kunnen aan- en uitzetten?
Ballast
Het klinkt misschien gek, maar ons brein is juist ingericht om zoveel mogelijk te kunnen vergeten. Ga maar na: als je dat niet goed zou kunnen, zou je hoofd overlopen van de irrelevante informatie, en zou je al snel door de bomen het bos niet meer