Een voorbeeld:
Piet is een vakman bij het elektriciteitsbedrijf. Hij werkt als ’trouble shooter’, zodra er in de centrale controlekamer een storing wordt gemeld, gaat hij er op af om te kijken wat er mis is en hoe dat snel en veilig kan worden verholpen. Al zijn vakkennis en ervaring, plus zijn scherpe analytische brein zet hij steeds weer met veel plezier in. Hij doet dat heel goed. Het bedrijf waardeert hem dermate dat hij al drie leidinggevende functies heeft aangeboden gekregen, die hij steeds weigerde. Leidinggeven is niet aantrekkelijk voor hem, want dan kan hij niet meer zo veel puzzelen over technische kwesties. Het bedrijf kent echter maar één systeem van waardering: opklimmen in de hiërarchie en als je goed bent, ga je leidinggeven. Als Piet blijft weigeren, vraagt zijn baas hem om eens te praten met de bedrijfspsycholoog. Die geeft hem gelijk, prijst hem om zijn gezond verstand en wenst hem een prettige voortzetting van zijn werk. Vervolgens probeert de psycholoog aan de manager uit te leggen dat binnen het bedrijf niet iedereen op dezelfde manier wordt gemotiveerd voor zijn werk en zijn positie in de hiërarchie. Piet is namelijk geen baas, Piet is een slimme