Bink (3) zegt ‘op’, en iets later: ‘af’, terwijl hij een speelgoedtreintje op een rail zet en hem er ook weer af laat rijden. En als het treintje even later een toren omverrijdt en zijn vader Henk Willem zegt ‘De trein is ka….’, vult Bink hem vrolijk aan en zegt ‘pot!’. ‘Ja,’ zegt Henk Willem en hij herhaalt het nog een keer: ‘ka-pot’. ‘Kapot!’ zegt ook Bink, tevreden.
Een groepje ouders en twee logopedisten bekijken een filmpje van Bink en zijn vader die samen met de trein spelen en daarbij vooral ook: samen ‘praten’. Want dat is het doel van alle ouders die hier aanwezig zijn; hun kind beter leren praten. Die kinderen hebben vrijwel allemaal een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Daarbij heeft een kind een normale intelligentie, maar blijft de taalontwikkeling achter. Deze kinderen praten niet of nauwelijks, blijven onverstaanbaar brabbelen en begrijpen niet altijd wat woorden of zinnen betekenen. De ouders volgen bij LogopedieHaarlem een cursus volgens de methode Hanen (spreek uit: Hennen).
De methode, genoemd naar de Canadese grondlegster Ayala Manolson-Hanen, is gebaseerd op de theorie dat kinderen vooral leren communiceren door gesprekken, gebaren en mimiek om hen heen. ‘Hoe ouders met hun