Fijn dat je goed voor me zorgt.’ Maar helaas, in plaats van dankbaarheid krijgen we meestal een ontevreden gezicht. Of erger. Leren dat je niet altijd je zin krijgt, is niet makkelijk voor een kind.
Training Positief opvoeden voor puberouders
- Positief contact maken met je kind
- Omgaan met je eigen emoties én die van je kind
- Afspraken maken en grenzen stellen
79,-
Verleidingen
Op de universiteit van Stanford zat een meisje achter een bordje met daarop een marshmallow. Haar hand ging al naar het bordje, maar toen trok ze die snel weer terug. Ze keek weg van het bordje, probeerde zichzelf af te leiden, maar haar ogen gingen toch weer naar het zachte snoep. Ze aaide het, draaide het om, nam er een klein hapje van, legde het terug, pakte het weer… en at het op. Hee, wat was dat nou? Ze keek in wanhoop naar wat haar hand net had gedaan. Haar kans op een tweede marshmallow was verkeken.
We schrijven 1964 en het meisje deed een test die door Walter Mischel was opgezet. Daarbij kregen kinderen van 4 en 5 jaar twee keuzes: de marshmallow meteen opeten of een tweede marshmallow verdienen als het ze lukte om 15 tot 20 minuten met dat verleidelijke bordje snoep voor hun neus te blijven wachten tot de onderzoeker terugkwam. Resultaat: slechts een derde van de kinderen wist die tweede marshmallow te bemachtigen.
Dertig jaar later hebben de onderzoekers de inmiddels volwassen proefpersonen opnieuw opgezocht. Met een verrassend resultaat. Degenen die destijds konden wachten, blijken beter opgeleid, slanker en hebben minder vaak drugs gebruikt: op alle terreinen doen ze het beter.
Stress van ouders
Het heeft dus zin om kinderen zo vroeg mogelijk te leren omgaan met frustratie. Sommigen maakten hieruit op dat je kinderen bewust aan verleidingen moet blootstellen en luid en duidelijk ‘nee’ tegen ze moet zeggen, maar dat is absoluut niet de conclusie die de wetenschappers trekken. Om te beginnen ging de test over de omstandigheden die uitstel makkelijker of juist onmogelijk maken en niet zozeer over het al dan niet weerstaan van verleiding. Belangrijkste onderzoeksresultaat: de hersenen van kinderen jonger dan 4 jaar zijn nog niet zo ver ontwikkeld dat ze verleiding kunnen weerstaan. Tweede resultaat: stress speelt hierbij een cruciale rol. Als ouders snel boos worden op hun kind, het bekritiseren of onderling ruziemaken, zal het eerder aan een verleiding toegeven. Gelukkige kinderen kunnen verleiding juist vier keer zo vaak weerstaan.
Wattenbolletje
In 2012 is aan de universiteit van Rochester nog een vervolgonderzoek op de marshmallow-test gedaan met jonge kinderen. Daaruit bleek dat als er een betrouwbare volwassene aanwezig was, de kinderen ongeveer 12 minuten bleven wachten, tegen 3 minuten als de volwassene een belofte niet was nagekomen. Dankzij een goede band met en een groot vertrouwen in de ouders houden kinderen het dus makkelijker vol, was de conclusie.
Er zijn ook strategieën die uitstellen makkelijker maken, zoals aan fijne dingen denken, afleiding zoeken, tegen jezelf zeggen dat die marshmallow maar een wattenbolletje is, je indenken dat het enkel een plaatje is, jezelf een als-dan-opdracht geven zoals: als ik op mijn beurt moet wachten, dan ga ik in die tijd kijken tot hoe ver ik kan tellen. Door deze technieken toe te passen lukte het de kinderen in Mischels test om hun tweede marshmallow te bemachtigen.
We eisen te vaak van onze kinderen dat ze allerlei frustraties maar verdragen zonder ze bij te brengen hoe je dat moet doen. Met liefde, zachtheid en het aanleren van een aantal strategieën lukt dat beslist.
Training Ontspannen opvoeden
- Ontdek hoe je als ouder positief en relaxed blijft
- Omgaan met de emoties van je kind
- Voor ouders met kinderen in de basisschoolleeftijd
79,-
Bronnen: W. Mischel, De marshmallowtest, Uitgeverij Nieuwezijds, 2015 / E. Crary, Dealing with disappointment, Parenting Press, 2003 / The Marshmallow Study Revisited, Universiteit van Rochester, rochester.edu
Isabelle Filliozat is klinisch psycholoog en psychotherapeut. Haar boeken over kinderen, hun relaties en emoties worden uitgegeven in negentien talen. Ze woont en werkt in Frankrijk.
Zo uit een kind zijn frustratie:
- Het krijgt een driftbui als je ‘nee’ tegen hem zegt.
- Het raakt gestrest als iets niet direct lukt.
- Het wil iets ‘nu meteen!’
- Het dringt voor, bijvoorbeeld in de speeltuin.
- Het kan zijn beurt niet afwachten.
Hoe kun je helpen?
- Probeer het voor verleidingen te behoeden door een taakje te geven. Zeg bij de snoepafdeling in de supermarkt bijvoorbeeld: ‘Tel eens hoeveel sinaasappels er in ons karretje liggen.’
- Als je kind zich goed weet te beheersen, benoem dat dan: ‘Ik zie dat je je best doet om onder het eten rustig te blijven zitten.’
- Leer je kind bij zijn leeftijd passende technieken aan om met frustratie om te gaan, zoals aan fijne dingen denken, afleiding zoeken of als-dan-situaties bedenken (‘Als de schommel bezet is, ga ik rondjes rennen tot ik aan de beurt ben.’)
- Geef het goede voorbeeld door hardop te zeggen hoe je zelf met frustraties omgaat: ‘O jee, er staat een rij, wat irritant, dan ga ik zolang maar aan iets leuks denken.’
- Speel met je kind situaties na via knuffels of poppen: dan zijn zij het die zich opwinden en daar iets op verzinnen.