Ik ben bang voor de manipulaties van mijn zus
Beste Ursela,
Ik ben een man van 40 jaar en heb sinds drie jaar geen contact meer met mijn zeven jaar oudere zus. Ik ben het nakomertje in het gezin, maar daarnaast ben ik in mijn jeugd een probleemkind geweest.
Inmiddels doe ik het prima in het leven: werk, vrienden, leuke hobby’s enzovoort. Maar mijn zus heeft zich van kleins af ontzettend bemoeid met alles wat ik deed. Zij ging er altijd vanuit dat ik ergens de fout in zou gaan, en probeerde mij dan krampachtig daarvoor te behoeden.
Zij maakte zo inbreuk op mijn ruimte om dingen zelf uit te maken en van mijn fouten te leren. Zei ik daar wat van, dan was haar bemoeizucht zogenaamd advies. En dan was het een kwestie van tijd, dat ze opnieuw over mijn grenzen heenging. Wanneer dan de bom barstte, ging ze dat vanuit mijn jeugd verklaren (alsof mijn boosheid niet normaal was). En als ik zei wat vrienden ervan vonden, beweerde ze dat alleen familie voor het leven is, en vrienden maar voor even.
Mei 2004 heb ik haar in een brief de waarheid gezegd. Ze reageerde niet en toen ik zelf belde, was dat voor haar een knieval. Toen ik bij mijn standpunt bleef, heeft ze het contact verbroken. Even mijn gezinssituatie: mede door mijn jeugd een zeer rigide, controlerende omgeving. Eén voorbeeld: zolang ik in een studentenhuis woonde, moest en zou mijn moeder mijn was doen. Ik heb een paar maal slaande ruzie gehad wanneer ik aangaf dat ik dat zelf wilde doen.
Terug naar mijn zus: mijn ouders zagen er altijd op toe dat ik contact met zus en zwager onderhield, zodat onze relatie uiteindelijk op controle was gebaseerd, terwijl ik niks meer met hen had. De breuk heeft een einde gemaakt aan de controle van mijn familie: eindelijk ben ik vrij het zelf uit te zoeken. Gelukkig heb ik een goede band met mijn ouders.
Er zijn twee problemen: ik voel me nog altijd verraden en afgewezen (familie was toch voor het leven?). Verder wil ik ooit een afrondend gesprek met zus en zwager voeren, maar ben ik bang opnieuw gemanipuleerd en gekwetst te worden. Zonder hen ben ik wel gelukkiger, maar hoe geef ik de pijn een plaats?
Groeten van Petrus