Bij een IQ-score van 130 of meer noemen we een kind doorgaans hoogbegaafd. Daarbij horen eigenschappen als creativiteit en doorzettingsvermogen, waarmee het kind ingewikkelde problemen snel kan overzien en oplossen.

Een hoogbegaafd kind kan veel aan

Een hoogbegaafd kind kan veel aan

Journalist Marleen Slob wordt gecoacht bij de opvoeding van haar hoogbegaafde zoon. Ze doet de cursu...

Lees verder

Snel en slim kunnen denken is natuurlijk handig, maar hoogbegaafde kinderen lopen soms ook tegen problemen aan. Bijvoorbeeld als school niet genoeg uitdaging biedt en het kind zich suf verveelt in de klas of als reactie gaat onderpresteren.

Daarom is het belangrijk dat hoogbegaafdheid al in een vroeg stadium wordt herkend en erkend, zodat deze kinderen tijdig aangepaste, complexere lesstof kunnen krijgen en gestimuleerd worden zich te blijven ontwikkelen.

Drie handvatten om een hoogbegaafd kind het best tot zijn recht te laten komen:

1. Een kind moet leren falen

Als een kind niet wordt uitgedaagd over de grenzen van zijn leervermogen heen te gaan, dan leert het niet om te leren. En leren betekent: omgaan met de frustratie van het niet kunnen, door je dan toch te blijven inspannen. Het betekent planningen maken en doorzetten, een eigen leerstrategie ontwikkelen.

Training Ontspannen opvoeden
Training

Training Ontspannen opvoeden

  • Ontdek hoe je als ouder positief en relaxed blijft
  • Omgaan met de emoties van je kind
  • Voor ouders met kinderen in de basisschoolleeftijd
Bekijk de training
Nu maar
79,-

Als kinderen alleen maar horen wat ze al weten of wat voor hen logisch is, leren ze niet hoe om te gaan met falen. En juist dat is nodig om een evenwichtig mens te worden. Voldoende uitdaging krijgen, thuis en op school, is daarvoor essentieel.

2. De lesstof verbreden en verdiepen

Hoogbegaafde kinderen leggen snel verbinding tussen bestaande en nieuwe kennis. Daardoor verfoeien ze herhaling en ellenlange uitleg. Veel liever zoeken ze zelf uit hoe dingen werken.

Ze denken top down: eerst gaan ze op zoek naar het geheel – het doel van een opdracht – en daarna naar de kennis die daarvoor nodig is. Door deze andere manier van denken hebben ze behoefte aan andere lesstof: minder instructie en herhaling en meer verbreding en verdieping.

Verbreden betekent de gewone lesstof uitbreiden met vakken als sterrenkunde, filosofie, techniek of Spaans. Verdiepen is het dieper ingaan op de stof door een kind bijvoorbeeld de opdracht te geven op internet nog meer uit te zoeken over een onderwerp en daar een presentatie van te maken.

3. Een klas overslaan of naar een speciale school

Een keer ‘versnellen’ door een klas over te slaan, kan gunstig uitpakken. Vaak wordt gedacht dat een kind daar sociaal-emotioneel nog niet aan toe is, maar veel kinderen hebben juist emotionele en sociale problemen omdat ze te lang en gedwongen onder het eigen niveau werken. Het is zoeken naar de goede balans, waarbij het kind zich in zijn eigen tempo kan ontwikkelen, maar zich ook sociaal op zijn gemak voelt.

Een speciaal op hoogbegaafde kinderen toegespitste school, zoals de Leonardoschool, kan een oplossing zijn. Vooral voor leerlingen die geneigd zijn zich aan te passen en daardoor gaan onderpresteren, kan het helpen om met kinderen van hetzelfde niveau in een klas te zitten. Op een school met fulltime hoogbegaafdenonderwijs bloeien zij wellicht op.

Bron: L. Hoogeveen, ontwikkelingspsycholoog bij het Centrum voor Begaafdheidsonderzoek CBO Talent Development en aan de Radboud Universiteit

Video: 5 vragen over

In de videoserie ‘5 vragen over…’ beantwoorden experts de meest gestelde vragen over onderwerpen als angst, dementie, dwang en depressie. Psycholoog Nienke Wijnants geeft antwoord op vijf vragen over hoogbegaafdheid. Meer weten? Bekijk de filmpjes op: youtube.com/psychologiemagazine