1. Het zet al je ideeën over eten op zijn kop. Zo toont auteur Denise de Ridder aan dat emotie-eten niet bestaat: mensen gaan niet extra eten na negatieve emoties, blijkt uit haar onderzoek. Waarom niet? Negatieve emoties zetten aan tot actie – huilen, wegrennen, vechten – en eten zit dat in de weg. Uit ander onderzoek blijkt zelfs dat het lichaam bij negatieve emoties catecholamine aanmaakt, een stofje dat een verzadigd gevoel geeft. Ook andere populaire ideeën over eten worden onderuitgehaald, bijvoorbeeld dat je geen lekkernijen in huis moet halen als je wilt afvallen.
2. De auteur is een autoriteit op het gebied van omgaan met eten. Als hoogleraar gezondheidspsychologie aan de Universiteit Utrecht vormt Denise de Ridder samen met nog vijftien onderzoekers het self-regulation lab, waar ze onderzoek doet naar zelfbeheersing en gezondheidsgedrag.
3. Het boek leert je beter om te gaan met eten. Het raadt bijvoorbeeld aan om niet te blijven hangen in fantasieën over een slank lichaam, maar om die denkbeelden te confronteren met de realiteit (je vetrol). Dat maakt je doel helder. Maak bovendien van tevoren ‘als-dan’-plannen: ‘Als ik op een verjaardag ben, dan sla ik de taart af.’ Dat bereidt je voor op moeilijke situaties.
