Dag Suzanne,
Jij probeert er in alles voor je moeder te zijn omdat je ziet hoe zwaar het voor haar is. En het lijkt erop dat zij jou in alles wil ontzien/jou ook nog een beetje ‘onbezorgde tijd ‘ wil geven. En dus datgene wat ze zelf nog kan doen ook zelf te doen.
Ik zal je een aantal dingen zeggen die ik heb gezien in soortgelijke situaties – ik heb 10 jaar op de afdeling oncologie van een ziekenhuis gewerkt.
Wanneer een moeder de diagnose kanker krijgt gaat er vaak als eerste door haar heen dat ze het voor haar kinderen zo lang mogelijk ‘normaal’ wil laten zijn. Dat betekent dat ze zoveel mogelijk alles wil laten doorgaan zoals het ging – ook in zelf dingen doen. Het betekent ook dat zij niet altijd eerlijk over haar gevoelens is, want ze wil haar kind (ook al is die 18 of ouder) daar niet mee belasten. Ook voelen moeders zich vaak schuldig, alsof ze expres hun kinderen in de steek laten. Vanuit dat schuldgevoel doen ze zich vaak groter voor dan ze zich voelen.
Het kind, dat inderdaad die moeder langer kent dan vandaag en dat ziet gebeuren, voelt zich dan vaak buitengesloten en heeft het gevoel de moeder niet te kunnen bereiken. Daarbij willen kinderen graag alles doen om te helpen én worstelen zij met hun gevoelens over de angst hun moeder te verliezen. Helpen is een manier om nabij te zijn, om dichtbij te zijn. Ook het kind doet zich vaak groter voor dan het is om op die manier te helpen. Wanneer dit patroon niet doorbroken wordt ontstaat er een soort verwijdering die beiden niet willen maar die zich wel ontwikkelt. Dit ligt ook ten grondslag aan jouw vraag denk ik.
Een ander aspect is dat mensen die kanker krijgen ook met de eindigheid van het bestaan worden geconfronteerd. Zij willen dan zo lang mogelijk zelf dingen doen om nog enigszins eigenwaarde te hebben en te houden.
Deze ‘verliesangst’ die alle partijen voelen wordt vaak niet benoemd. Juist omdat je zoveel voor elkaar betekent en van elkaar houdt benoem je niet waarover het gaat en waar iedereen eigenlijk de hele dag aan denkt. Wanneer het gaat om een hersentumor kan het een extra complicerende factor zijn dat het karakter van iemand verandert – iets wat vanzelfsprekend voor alle partijen heel pijnlijk is.
En nu terug naar jou en je vraag hoe je dit het beste kunt aanpakken.
Zou het je lukken om naar je moeder toe te benoemen wat je ziet en wat dat met jou doet? Kun je zeggen wat er (en niet alleen op die momenten) in je omgaat, waarover je je zorgen maakt? Kun je vragen wat er in haar omgaat, delen dat je bang bent dat ze straks helemaal niets meer kan en dat je bang bent haar te verliezen en dat je niet weet hoe het dan verder moet? Zou het je lukken te zeggen wat je bij haar ziet en haar kunnen vragen hoe zij wil dat jij haar helpt ? Kun je afspraken maken over wat zij zelf wil blijven (proberen te) doen en bekijken welke dingen jij van haar zou kunnen overnemen met haar goedkeuring? Soms is helpen het iemand zelf laten doen, probeer je dat ook te beseffen.
Wanneer dit ‘uitspreken van gedachten en gevoelens’ je gaat lukken doorbreek je het patroon van elkaar ontzien en daardoor juist belasten. Het is niet makkelijk maar het zal jullie beiden wel helpen om nabij elkaar te kunnen zijn en elkaars echte zorgen te delen en samen te dragen. Ieder op eigen wijze en toch samen.
Suzanne heb jij mensen met wie je dit kunt delen? Is er iemand tegen wie jij kunt zeggen wat jouw pijn is en wat pijn doet? Iemand aan wie je kunt vragen hoe het verder moet? Voor praktisch dingen rond ziekte kan de huisarts ook een steun voor je zijn. Schakel die in! Wanneer er nog andere gezinsleden zijn probeer dan ook met hen te delen wat je bezig houdt. Soms voelt dat gek omdat het geen gewoonte is maar als niemand het doet mist iedereen een kans: de kans elkaar nabij te zijn in een moeilijke tijd die voor iedereen zijn eigen betekenis heeft.
Ik gun jou nabijheid met je moeder,
Gerrie