Hij ziet eruit als een mix van typische hardrocker en hippe intellectueel. Aan de ene kant dat wilde, krullende kapsel, die tatoeage op de onderkant van zijn pols en die zilveren ringen om zijn vingers; aan de andere kant draagt hij ook zo’n modieuze bril-met-zwart-montuur. Maar vooraleerst is Sandro Veronesi (53) een familieman: zijn zoons van 21, 18 en 13 en dochter van 2 komen altijd op de eerste plaats; geregeld zegt hij werkafspraken voor hen af. Gezinnen zijn ook waar de Italiaan het liefst over schrijft: veel van zijn boeken gaan over problematische gezinsrelaties, vooral die tussen vaders en zonen. ‘Die band is per definitie moeizaam,’ zegt Veronesi. ‘Vanaf het moment dat je uit je moeders buik komt, weet je wat je aan haar hebt, maar als je voor het eerst je vader ziet, weet je dat bij god niet. Omgaan met je vader moet je leren, met vallen en opstaan.’
Veronesi’s beroemdste boek is Kalme chaos, over een vader die na de plotselinge dood van zijn vriendin besluit niet meer naar zijn werk te gaan, maar elke dag in het parkje voor de school van zijn 10-jarige dochter te blijven wachten totdat haar les is afgelopen. Op die ongewone plek parkeert hij zichzelf met zijn verdriet. Tot zijn verbazing hoeft hij niet te huilen, maar maakt hij een lijstje met alle luchtvaartmaatschappijen waarmee hij in zijn leven heeft gevlogen. Doordat hij de leegte toelaat, komt hij achter allerlei zielenroerselen van zijn dochter, vriendin, schoonzus, broer en naaste collega’s, waar hij eerst steeds aan voorbij rende. Langzaam begint hij te beseffen dat het dáár om draait in het leven; niet om het streven naar geluk en succes.