Toen ik een jaar of 35 was, werd ik ziek. Ik moest een lang traject door met heftige behandelingen en doodgaan was niet uitgesloten. Een ware levenscrisis, waar ik uiteindelijk goed doorheen kwam. En dat was het dan. Of ik sterker of wijzer ben geworden, zoals het cliché wil, vraag ik me af. Ik vind mezelf nog steeds behoorlijk verwend. Heeft ellende ons echt iets te bieden?
Veerkracht: sterker bij tegenslag
- Leer hoe je optimistischer wordt - zelfs bij tegenslagen
- Maak een persoonlijk plan om gemakkelijker overeind te blijven op uitdagende momenten
- Gebaseerd op inzichten uit de positieve psychologie
79,-
‘Groeien door ellende kán, maar het is niet vanzelfsprekend en bovendien niet altijd zichtbaar,’ zegt coach Greet Vonk, die onderzoek deed naar posttraumatische groei en mensen begeleidt bij moeilijkheden in het leven. ‘Of je ergens sterker uitkomt, hangt van veel factoren af. Je moet allereerst inzien dat er de mogelijkheid is tot groei en vervolgens weten hoe je dat kunt doen. Het is daarbij vooral belangrijk om je emoties niet te onderdrukken, maar te “verteren”: erkennen dat je misschien bang of boos bent en dat durven te ervaren. Mensen in je omgeving kunnen bijdragen door niet alleen je klachten of ziekte te zien, maar jou als geheel – met je valkuilen, vaardigheden en talenten. Ze kunnen je helpen inzien dat je emoties er mogen zijn of je te stimuleren om grenzen aan te geven. Als laatste is goed voor jezelf zorgen een bepalende factor, want dat heeft ook invloed op het mentale proces.’
Ellende blijft ellende
Ik was niet echt bezig met groei toen ik ziek was. Soms was ik somber, maar vaker vond ik ook dat het allemaal ‘heus wel meeviel’. Heb ik mijn angst en verdriet misschien weggeduwd? Of ben ik misschien ongemérkt sterker geworden? Vonk: ‘Sterker worden ervaren mensen meestal als een vorm van geluk waarbij zingeving centraal staat. Ze willen iets betekenen en zich ontwikkelen en dat geeft een diepgaande tevredenheid. Daarnaast ervaar je na posttraumatische groei meer optimisme, veerkracht en vertrouwen in je eigen kunnen.’
Als je het zo definieert, denk ik dat ziek zijn me wel een beter beeld van mezelf heeft gegeven: ik kan kennelijk best wat hebben. En misschien ben ik ook iets tevredener geworden. Maar wat me tegenstaat, is dat de uitdrukking impliceert dat ellende iets positiefs is: no pain, no gain. ‘Zo is het absoluut niet,’ zegt Vonk. ‘Ellende blijft ellende of je nu groeit of niet.’
Groei zit ingebakken in de mens, daar hoef je niet per se ellende voor door te maken. ‘Maar het kan het wel versnellen,’ zegt Vonk. ‘Ellende vergroot je veranderbereidheid. Je staat eigenlijk met je rug tegen de muur: de pijn is er toch, dus dan maar aan de slag. Als je een moeilijke tijd kunt herdefiniëren als iets zinvols, wordt het uiteindelijk een cadeautje. Alleen dan wel verpakt in prikkeldraad.’