De kinderen beantwoordden vragen over gepest worden en klachten als angst, depressie en boosheid. De onderzoekers stelden vast of er sprake was van fysiek pesten, psychisch getreiter zoals uitschelden, of dat het vooral ging om het afpakken en kapotmaken van spullen. Ook schatten ze aan de hand van gegeven voorbeelden hoe vaak de kinderen slachtoffer waren van pesten.
De meeste psychische klachten hadden de kinderen die én door broer of zus én door leeftijdsgenootjes werden gepest. Maar ook kinderen die alléén door hun broer of zus gepest werden, hadden significant meer klachten dan de pestvrije groep. Bijna evenveel zelfs als degenen die het uitsluitend buitenshuis moesten ontgelden. Psychische klachten speelden al op als kinderen met slechts één pestvorm geconfronteerd werden, maar naarmate er meer en gevarieerder werd gepest nam ook de ernst van de klachten toe.
Association of sibling aggression with child and adolescent mental health, Pediatrics, juli 2013