De auteur is niet politiek correct. Alain van Hiel, hoogleraar sociale psychologie aan de universiteit van Gent, legt op objectieve wijze uit dat iedereen vooroordelen heeft en dat mensen altijd geneigd zijn hun eigen groep voor te trekken. Het zit in de kern van ons mens-zijn. Of je deze conclusie nu prettig vindt of niet, doet er niet toe; het is wat wetenschappelijk onderzoek aantoont.
Het boek helpt racisme te begrijpen zonder het meteen te veroordelen. Iedereen heeft de behoefte om bij een groep te horen. Naast de voordelen die groepsvorming heeft, zoals bescherming, maakt het ook dat we andere groepen zien als een bedreiging. En dat vormt de voedingsbodem voor vooroordelen en racisme. Zo zijn mensen eerder geneigd de politie te bellen als een man met een getinte of donkere huidskleur het slot van een fiets doorzaagt dan als een blanke, identiek geklede man dat doet.
Het geeft adviezen voor een betere samenleving. Ook al zitten vooroordelen en racisme in ons mens-zijn, vreedzaam samenleven met verschillende groepen is zeker mogelijk. Maar daarvoor moeten zowel allochtone als autochtone burgers wel een beetje hun best doen. Bijvoorbeeld door kennis te maken met ‘andere’ buren of hen uit te nodigen voor een verjaardagsfeest.