‘Wie ben jij?’, zei de Rups. Dat was geen bemoedigend begin voor een gesprek. Alice antwoordde, nogal verlegen: ‘Ik – ik weet ’t niet goed, meneer; op het moment – ik weet wie ik was toen ik vanmorgen opstond, maar daarna ben ik vast wel een paar keer veranderd.’

Vind een betrouwbare coach via Coachfinder
Coachfinder

Vind een betrouwbare coach via Coachfinder

Coaching is een belangrijke stap in zelfontwikkeling. Maar de juiste coach vinden blijkt nog niet zo eenvoudig. Coachfinder helpt je in je zoektocht naar een coach die bij je past.

Vind je ideale coach

‘Hoe bedoel je?’, zei de Rups strak. ‘Verklaar je nader!’

‘Het spijt me, maar ik kan mijzelf niet nader verklaren, meneer’, zei Alice, ‘want ik ben mezelf niet, snapt u?’

‘Snap ik niet’, zei de Rups.*

‘Ik ben vandaag mezelf niet’, vertrouwt een collega je toe bij de koffieautomaat. ‘Ik zit niet lekker in m’n vel. Daarom reageerde ik vanochtend ook zo geprikkeld.’

‘O’, zeg je verwonderd. ‘Hoe komt dat eigenlijk?’

‘Ik heb niet lekker geslapen. Ik maak me druk om die grote opdracht die eraan zit te komen en tot overmaat van ramp heb ik thuis ook nog ruzie.’

‘Zou je niet eens wat meer tijd voor jezelf nemen?’, merk je bemoedigend op. ‘Je werkt echt veel te hard. Je moet niet steeds achter jezelf aan rennen, dat is niet goed voor je.’

Het is volstrekt duidelijk wat de uitspraak ‘Ik ben mezelf niet’ in dit dialoogje betekent. Maar toch is iets er vreemds aan de hand. Je hebt diezelfde collega op momenten dat het goed ging nooit horen zeggen: ‘Ik ben helemaal mezelf.’ Kennelijk is ‘het zelf’ een gevoel dat je pas herkent op het moment dat het er niet is. Bovendien suggereert de uitspraak ‘Ik ben mezelf niet’ dat er een kern bestaat die niet samenvalt met wat je doet, en die mooier en beter is dan jij op dat moment bent: het ware zelf.

Het ware zelf wordt in de literatuur gepresenteerd als de tegenhanger van het onechte zelf, van de ‘alsof-persoonlijkheid’. Het verwijst naar onze authentieke kern, naar onze wezenlijke emotionele behoeften. In spirituele kringen is het een gangbare term, al gebruiken psychoanalytici het begrip ook veelvuldig. Zo gaf de Zwitserse psychoanalytica Alice Miller haar boek Het drama van het begaafde kind de ondertitel: Op zoek naar het ware zelf. Voor psychoanalytisch georiënteerde therapeuten is het ware zelf de kern van de persoonlijkheid die door opvoeding in de knel is gekomen. Het kind dat zich gericht heeft op het verwezenlijken van de emotionele behoeften van zijn ouders, vooral die van de moeder, wordt op volwassen leeftijd overvallen door een gevoel van zinloosheid en leegte, en beseft pas dan dat hij altijd heeft voldaan aan de verwachtingen van anderen en zijn eigen behoeftes niet heeft geuit. ‘De mens ontwikkelt een houding waarbij hij alleen laat zien wat er van hem wordt verlangd’, schrijft Miller. ‘Het ware zelf kan zich niet ontwikkelen en differentiëren, omdat men daar niet naar kan leven.’

De zoektocht naar het ware zelf is dus niet nieuw, ze is alleen wat dwingender van toon geworden. Met de popularisering van de psychologie, de opkomst van New Age en het zelfontplooiingsideaal worden we van alle kanten aangespoord authentiek te zijn. ‘Wees jezelf!’, bevelen reclameboodschappen: gebruik onze cosmetica, kom bij ons kopen, want hier kun je jezelf zijn.

Log in om verder te lezen.