Op het eerste gezicht lijkt het Amerikaanse Elgin op elk ander willekeurig plaatsje in Texas. De snelweg naar dit nog geen zesduizend zielen tellende gat voert je kilometerslang langs grasvelden, waarboven je de hete lucht ziet trillen. Het gras vertoont gele plekken, het heeft al een poos niet geregend. Langs de kant van de weg borden van de bekende fastfoodketens – McDonald’s, Pizza Hut, Subway. Bij binnenstappen word je steevast begroet met een knauwerig ‘How y’all doin’?’
Training Autisme: wat je moet weten
- Leer je partner of kind met autisme beter begrijpen
- Leer hoe je rekening houdt met je eigen behoeften
- Met praktische adviezen voor het dagelijks leven van autisme-expert Els Blijd-Hoogewys
49,-
Toch heeft dit plaatsje in het midden van de Lone Star State iets waardoor mensen vanuit alle windstreken ernaar afreizen. Het is de plek waar Rupert Isaacson en zijn team de ‘Horse boy method’ aanbieden aan kinderen met autisme en aan autisme verwante stoornissen. De belangrijkste ingrediënten van hun behandelmethode zijn niet alleen de paarden, maar ook het leven op het platteland. Met deze aanpak hielp Isaacson zijn eigen zoon en maakte daarover het boek en de documentaire De paardenjongen.
Enorme driftbuien
Drie honden blaffen opgewonden als ik het portier van de rode pick-uptruck achter me dichtsla. Ik loop langs een grote trampoline naar het lichtbruin geverfde houten huis dat eenzaam midden op het dorre grasveld staat. Naast de voordeur hangen halsters en staan paardrijlaarzen. In de verte zie ik drie paarden grazen. ‘Zo warm zou het deze tijd van het jaar nog niet moeten zijn,’ begroet Rupert Isaacson me hartelijk met een Brits accent. Met zijn lange blonde haar en T-shirt van ac/dc lijkt hij meer op een hardrocker dan op een Texaanse stalhouder. Isaacson biedt me een kop thee aan en ik ga in de schaduw op de veranda zitten terwijl hij plaatsneemt in de felle zon.
Hoe komt hij aan de Horse boy method? ‘Het begon met mijn zoon, Rowan,’ vertelt Isaacson. Rowan, nu 8, werd een aantal jaar geleden gediagnosticeerd met de aan de autisme verwante stoornis pdd-nos. Terwijl hij een slok thee neemt vertelt Isaacson hoe hij zijn zoon steeds verder zag wegglijden in zijn eigen wereld. Ook kon Rowan in enorme driftbuien ontsteken, en hij poepte nog steeds in zijn broek. Isaacson en zijn vrouw Kristin wisten niet goed wat ze met hem moesten beginnen.
Door hoeven vertrapt
Op een dag kroop Rowan tijdens een wandeling door de afrastering en stapte het weiland met paarden van de buurman in. Voor de hoeven van de grote bruine merrie Betsy liet hij zich op de grond vallen. Isaacson vreesde dat het dier zijn zoon zou vertrappen, maar het tegenovergestelde gebeurde. ‘Ik werk al heel lang met paarden,’ zegt Isaacson, ‘maar wat ik toen zag, heb ik nog nooit gezien. Betsy boog haar hoofd en onderwierp zich aan Rowan. Er was duidelijk iets bijzonders aan de hand.’
‘Vanaf dat moment,’ vertelt Isaacson, ‘begonnen Rowan en ik als het ware op Betsy te wonen.’ Hij legde zijn zoon op de paardenrug en merkte dat Rowan daar kalmeerde. Ook begon Rowans beperkte taalvermogen door de uren op Betsy’s rug zienderogen toe te nemen. Dat leidde uiteindelijk tot het besluit om met het hele gezin naar Mongolië te reizen. Daar maakte Rowan tochten te paard en kwam in contact met traditionele genezers.
Toen ze terugkwamen van de verre reis was Rowan een andere jongen, zegt Isaacson. Niet dat zijn zoon niet meer autistisch was, maar de problemen die met zijn autisme gepaard gingen waren drastisch afgenomen. ‘Weg waren de driftbuien en de incontinentie,’ vertelt Isaacson. Ook had Rowan op reis zijn eerste vriend gemaakt.
Isaacson begon dagen met paarden te organiseren voor autistische kinderen uit de buurt. Dat groeide met hulp van tientallen vrijwilligers uit tot meerdaagse kampen voor 2- tot 12-jarige kinderen uit alle windstreken. ‘We leren kinderen niet om paard te rijden,’ zegt Isaacson, ‘daar zijn andere plekken voor. We proberen communicatie te stimuleren.’
Een van de manieren waarop dat gebeurt, wordt op deze warme middag gedemonstreerd door de blonde Ryan (7), die asperger heeft. Hij woont in de buurt en kwam tot voor kort regelmatig langs om paard te rijden; nu heeft hij dicht bij zijn huis in de stad Austin een trainer die door Isaacson is opgeleid. Isaacson heeft er een paard bij gehaald en houdt het dier vast aan zijn rode halster. Als hij ertegen begint te praten spitst het paard zijn zachte oren alert naar voren. ‘One,’ zegt Isaacson, terwijl hij met een lange zwarte zweep naar de voorbenen van het dier wijst. Op dat moment tilt het paard zijn linkervoorbeen op. ‘Two,’ zegt Isaacson. Het linkerbeen gaat omlaag, het rechter wordt geheven.
Tikkertje te paard
Dan is het Ryans beurt om het paard commando’s te geven. Op een gegeven moment laat de jongen het paard zelfs een buiging maken en zijn paardentanden bloot lachen. ‘Dit soort trucjes stimuleert de communicatie,’ zegt Isaacson. ‘Omdat het kind een enorme beloning krijgt áls het communiceert. Ook geeft het zelfvertrouwen als je zoiets voor elkaar krijgt.’
Vind een betrouwbare coach via Coachfinder
Coaching is een belangrijke stap in zelfontwikkeling. Maar de juiste coach vinden blijkt nog niet zo eenvoudig. Coachfinder helpt je in je zoektocht naar een coach die bij je past.
Vind je ideale coachIn de schaduw vanaf de veranda kijkt Ryans moeder Elizabeth toe. Op het eerste gezicht is er weinig aan Ryan te merken, vertelt ze. Maar als dingen afwijken van de normale gang van zaken kan hij uit zijn dak gaan. ‘Zijn therapeut merkte het direct als hij een week niet hierheen was gekomen. Na het paardrijden heeft hij minder meltdowns, minder driftbuien. Door het rijden voelt hij zich zekerder, ook op andere vlakken. Zo heeft hij leren zwemmen, iets waarvoor hij eerst heel angstig was.’
Zach (6) is met zijn moeder Lorraine speciaal uit Engeland gekomen. Zach kreeg de diagnose autisme, vertelt zijn moeder, en begon pas op zijn vierde met praten. Als ik haar vraag wat ze het moeilijkste vindt aan het hebben van een kind met autisme verzucht ze: ‘Alles is moeilijk.’ Ze vertelt dat haar zoon nu erg vriendelijk en communicatief is, maar moeite heeft met grenzen. ‘Ik moet hem leren om zijn vriendjes niet te hard te knuffelen, of om op mensen te springen. Ook raakt hij erg overstuur als er dingen misgaan.’
Een vriendin zag hoe lastig Lorraine het had en wees haar op Isaacsons initiatief. Lorraine las Isaacsons boek De paardenjongen, bekeek de documentaire, en pakte het vliegtuig naar Texas. Nu maakt Zach zich op voor een spelletje tikkertje te paard. Spelletjes met regels vinden veel kinderen met autisme lastig, zegt Isaacson, daarom maken deze onderdeel uit van de training. Hij tilt de blonde Zach bij een van de vrijwilligsters voor in het westernzadel. Als Zach stevig zit, draaft zijn paard weg, zodat hij andere ruiters kan gaan tikken. Het rode zand spat onder de hoeven vandaan, paardenhuiden worden klam van het zweet. Zach kraait van plezier, terwijl zijn paard ervandoor sprint. ‘Harder, harder,’ schreeuwt hij, ‘ik heb gewonnen!’
Wiskunde in het zadel
Wat maakt paardrijden geschikt voor kinderen met autisme? Een groot voordeel is volgens Isaacson dat de begeleider achter het kind in het zadel zit, en het niet direct in de ogen kijkt. Ook zit het kind stevig in het zadel gedrukt, wat veel autistische kinderen prettig vinden. De schommelende beweging voelt fijn aan en zou kinderen aanzetten tot communiceren. ‘Doordat je heen en weer schommelt, moet je steeds opnieuw je balans zoeken. Volgens de bekende volwassen autist en hoogleraar Temple Grandin stimuleert dat zelfs de leerprocessen in het brein,’ zegt Isaacson. Het maakt de paardenrug volgens hem de ideale plek om informatie te verwerken. Hij geeft kinderen dan ook les – wiskunde, talen, aardrijkskunde – op het paard, iets wat bij zijn eigen zoon vruchten afwierp. ‘Toen Rowan breuken moest leren, gebruikte ik de “bak” als metafoor. Ik reed een kwart rond, een half, en een heel. Binnen drie maanden kon hij sommen maken op papier.’
Volgens Isaacson lijken paarden en autistische kinderen in bepaalde opzichten op elkaar. ‘Je moet een paard niet zó benaderen,’ terwijl hij druk met zijn armen zwaaiend een stap voorwaarts doet naar een van de paarden, dat een beetje achteruitdeinst. ‘Of ze heel lang in de ogen kijken. Paarden zijn prooidieren, en daardoor angstige dieren. Je moet ze voorzichtig benaderen. Je kunt hun wereld pas betreden als zij eraan toe zijn. Net als bij mensen met autisme.’
Hij vertelt dat Grandin denkt dat je autistische mensen kunt begrijpen door dieren te bestuderen. Doordat ze op dezelfde manier denken – niet in woorden maar in beelden – zouden autistische mensen vaak goed contact leggen met dieren. ‘En net als veel mensen met autisme kennen dieren geen grapjes of sarcasme,’ zegt Isaacson.
Paardentherapie is geen geneesmiddel
De vraag is natuurlijk hoe effectief de ‘paardenjongenaanpak’ is. Daar is op dit moment nog geen wetenschappelijk onderzoek naar. Ander onderzoek naar het effect van therapie met dieren – animal-assisted therapy – bij kinderen met autisme is schaars en vaak methodologisch zwak. Wel begint binnenkort aan de universiteit van Texas en de Duke-universiteit een onderzoek naar Isaacsons methode. Kinderen die een Horse boy camp bijwonen, worden vergeleken met kinderen die op de wachtlijst staan. Gaat de eerste groep er op sociaal en cognitief gebied op vooruit? En verbeteren de verhoudingen in hun gezin?
Isaacson: ‘We doen hier de dingen die voor mijn zoon Rowan goed werkten. Het grootste deel van de kinderen heeft daar baat bij, ik schat zo’n 70 à 80 procent van de kinderen die ik hier heb gezien.’ Maar, zo nuanceert hij: ‘Het kan ook níéts opleveren, en het is geen geneesmiddel voor autisme. Het is belangrijk om voor ieder kind afzonderlijk te kijken wat werkt. Als het kind zijn Nintendo wil meenemen op het paard, dan mag dat. Wil het helemaal niet paardrijden, ook goed: dan mag het op de trampoline, of spelen met de geitjes.’
Gestreste ouders
Niet alleen het kind doet mee, ook de ouders. Door ook hen op het paard te zetten slaat Isaacson meerdere vliegen in één klap, vertelt hij. ‘Je laat het kind zien dat het paard veilig is. Bovendien kalmeer je de ouders, en daardoor ook het kind.’
Hij vervolgt: ‘Ouders zijn vaak zo gestrest als ze hier komen. Dit is een moment waarop ze kunnen ontspannen – en geloof me, dat komt niet vaak voor als je een kind met autisme hebt.’ De zorgen om een autistisch kind drukken zwaar op ouders. Ook Isaacson en zijn vrouw beleefden moeilijke tijden. ‘Het is heel lastig om ermee om te gaan. Er is geen protocol. Als ouder vraag je je af: gaat mijn kind ooit praten, zal het vriendjes krijgen, wordt het zelfs maar zindelijk?’
Vanmiddag is Zachs moeder Lorraine – pas gescheiden – aan de beurt om te ontspannen. Samen met haar en Zach loop ik via een steil aflopend pad het nabijgelegen bos in. Een van de paarden gaat aan de hand mee. Na een poosje houden we in de schaduw halt, het zonlicht schijnt door de bladeren. De vogels fluiten.
Terwijl de vrijwilligsters een stukje verderop spelen met haar zoon, mag Lorraine tot rust komen op het ongezadelde paard. Eerst ligt ze met haar ogen dicht voorovergebogen op het dier. Haar ledematen hangen losjes aan weerszijden van de warme, zachte rug. Later buigt ze naar achteren en blijft zo een poos ruggelings stil liggen. Het paard zucht en houdt zijn ogen gesloten.
‘Dit brengt me helemaal in het hier en nu,’ zegt Lorraine een beetje verdwaasd als ze na een tijdje van het paard komt, ‘het was net alsof de tijd stilstond. Normaal gesproken leef ik bijna altijd in de toekomst. Ik moet Zach voorbereiden op wat er komen gaat, en omgaan met zijn meltdowns.’ Ze vervolgt: ‘Er kwam een gevoel van rust over me, alsof dat gespannen gevoel uit me is gezogen. Dit is niet alleen goed voor mijn zoon, maar ook voor mij.’
Een grote stap
Een poosje later zitten we ontspannen na te praten op de veranda. Hond Luna komt steeds een stok brengen die keer op keer moet worden weggegooid. Het lijkt alsof ze nooit moe wordt. De zon zakt langzaam aan de hemel en schijnt behaaglijk op onze huid.
Ik vraag Lorraine of ze al veranderingen opmerkt in Zach. Ze antwoordt: ‘Gek, maar daar ben ik helemaal niet mee bezig. Ik ben vooral aan het genieten van het hier en nu, van het feit dat hij zo ontspannen is. Maar nu je het vraagt: gisteren heeft hij voor het eerst op een paard gezeten, en dat ging moeiteloos. Terwijl hij normaal gesproken snel angstig is. Ook speelt hij met de honden, terwijl hij daar thuis in Engeland bang voor is.’
Zach rent ondertussen net zo onvermoeibaar als hond Luna in het rond en verstopt zich in de paardentrailer die even verderop in het veld staat. Hij roept dat we hem moeten komen zoeken. ‘Doet hij dat al lang, verstoppertje spelen?’ vraagt Isaacson. ‘Sinds we hier zijn,’ antwoordt Lorraine, ‘hij rent door de gangen van het hotel en zegt dat ik hem moet zoeken.’ ‘Meen je dat nou?’ vraagt Isaacson. Hij legt uit dat het voor autistische kinderen moeilijk is om te weten wat er in het hoofd van andere mensen omgaat; om hun perspectief te nemen. Iets wat ook wel theory of mind wordt genoemd. En om verstoppertje te spelen is dat juist wél een vereiste. Je moet immers snappen wanneer de ander je wel of juist niet kan zien. ‘Dat is een grote stap voorwaarts,’ zegt hij enthousiast. Vol ongeloof spert Lorraine haar ogen open. ‘Je maakt een grapje,’ zegt ze. Er springen tranen in haar ogen.
Meer weten over de Paardenjongen
– Rupert Isaacson, De paardenjongen, Cargo, €12,50
– Meer informatie over de Horse boy camps in de VS en Groot-Brittannië en vrijwilligerswerk aldaar: horseboymethod.com, horseboycamps.co.uk
– Testjes, adviezen, en meer over autisme en asperger op Psychologie Magazine. Lees ook het dossier autisme.